Wet stedelijke vernieuwing
Artikel 8
1
De verlening van investeringsbudget kan geheel of gedeeltelijk worden geweigerd, indien:
a
de gemeenteraad geen ontwikkelingsprogramma heeft vastgesteld,
b
het ontwikkelingsprogramma niet verenigbaar is met de eisen die zijn gesteld in artikel 7, eerste of derde lid, of
c
het ontwikkelingsprogramma naar het oordeel van Onze Minister onderscheidenlijk gedeputeerde staten niet verenigbaar is met de ingevolge artikel 7, tweede lid, gegeven regels.
2
De verlening van investeringsbudget kan tevens geheel of gedeeltelijk worden geweigerd, indien er gegronde reden bestaat om aan te nemen, dat:
a
het ontwikkelingsprogramma niet of niet geheel zal worden verwezenlijkt,
b
de gemeente niet zal voldoen aan de aan het investeringsbudget verbonden verplichtingen, of
c
de gemeente in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zou hebben geleid.
3
De verlening van investeringsbudget kan voorts slechts geheel of gedeeltelijk worden geweigerd, indien:
a
het ontwikkelingsprogramma onvoldoende intergemeentelijk is afgestemd, of
b
het ontwikkelingsprogramma niet verenigbaar is met op grond van een wettelijke bevoegdheid vastgesteld provinciaal of rijksbeleid.
4
Onze Minister gaat onderscheidenlijk gedeputeerde staten gaan niet over tot weigering van verlening van investeringsbudget dan nadat de gemeente in de gelegenheid is gesteld het ontwikkelingsprogramma aan te passen binnen een door Onze Minister onderscheidenlijk gedeputeerde staten te bepalen termijn.
5
In afwijking van het eerste lid kunnen gedeputeerde staten in geval van een andere gemeente dan aangewezen ingevolge artikel 6, derde lid, onder a, de verlening van investeringsbudget geheel of gedeeltelijk weigeren, indien:
a
de aanvraag niet voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 7, vijfde lid,
b
de beoogde activiteit in het kader van stedelijke vernieuwing niet verenigbaar is met de ingevolge artikel 7, tweede lid, gegeven regels,
c
de beoogde activiteit in het kader van de stedelijke vernieuwing onvoldoende intergemeentelijk is afgestemd, of
d
de beoogde activiteit in het kader van de stedelijke vernieuwing niet verenigbaar is met op grond van een wettelijke bevoegdheid vastgesteld provinciaal of rijksbeleid. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing.
6
Onze Minister kan de verlening van investeringsbudget geheel of gedeeltelijk weigeren indien budgettaire omstandigheden daartoe aanleiding geven.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN BI3867, Eerste aanleg - meervoudig, 07/1412 LEGGW en 08/1864 LEGGW
Rechtsoort
Belasting
Datum uitspraak
24-04-2009
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Eerste aanleg - meervoudig
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Rechtbank AlkmaarEiseres komt o.g.v. wet- en regelgeving niet in aanmerking voor legesvrijstelling. Verder voldoet één aanvraag bouwvergunning niet aan de voorwaarden van vaste gedragslijn van verweerder, andere aanvraag is ingediend na het beëindigen van deze gedragslijn. Eiseres was van deze beëindiging op de hoogte...